Wanneer iemand na een invordering wegens snelheid, invordering wegens alcohol, invordering wegens drugs of invordering wegens gevaarlijk rijgedrag voor het verstrijken van de invorderingstermijn weer de weg op gaat, dan maakt hij of zij zich schuldig aan rijden tijdens een rijontzegging (art. 9 WVW). De strafbaarheid van rijden tijdens een ontzegging van de rijbevoegdheid (zoals men dit ook wel noemt) staat samen met het rijden na een ongeldig verklaard rijbewijs beschreven in artikel 9 van de Wegenverkeerswet. Uit dit wetsartikel volgt dat rijden tijdens een rijontzegging of na een ongeldig verklaard rijbewijs wordt beschouwd als een misdrijf. De straffen voor dit vergrijp zijn dan ook fors; bij veroordeling kunt u in het ergste geval enkele maanden achter de tralies verdwijnen. Alle reden om na het ontstaan van een verdenking direct de hulp in te roepen van een gespecialiseerde verkeersrechtadvocaat. Wij hebben deze ervaren specialisten voor u beschikbaar. Laat nu uw gegevens achter op het contactformulier, dan bellen wij u zo spoedig mogelijk voor een gratis en vrijblijvend kennismakingsgesprek.
Inhoud
Wat is een rijontzegging?
Wanneer de politie een bestuurder staande houdt wegens een snelheidsovertreding, alcohol, drugs of gevaarlijk rijgedrag, dan kan aan deze bestuurder een rijontzegging worden opgelegd. Het is deze persoon dan gedurende een bepaalde periode verboden om op de openbare weg een (gemotoriseerd) voertuig te besturen. Bestuurt de persoon gedurende de rijontzegging toch een motorvoertuig, dan pleegt hij of zij een misdrijf.
Straffen rijden tijdens een rijontzegging (art. 9 WVW)
Het rijden tijdens een rijontzegging of met een ongeldig verklaard rijbewijs geldt als een misdrijf en wordt daarom zwaar bestraft. Als u door de rechter schuldig wordt bevonden, bestaat de kans dat u voor enige tijd in de gevangenis belandt. De termijn kan in dit geval oplopen tot maar liefst 3 maanden, al blijft deze in de praktijk vaak beperkt tot 14 dagen. Is het de eerste keer dat u wordt veroordeeld, dan kan een goede advocaat de gevangenisstraf bovendien vaak nog ombuigen tot een taakstraf.
Hoe hoog de straf precies uitvalt is afhankelijk van vele factoren. Hebt u bijvoorbeeld een eerdere veroordeling voor dit feit op uw naam (recidive), dan verhoogt dit de strafmaat. Ook als u vaker met politie of justitie in aanraking bent geweest, kan de strafmaat worden opgehoogd. Het hebben van werk of de zorg voor een gezin kan daarentegen aanleiding geven tot een mildere straf. Tot slot spelen ook leeftijd en de vraag of u het rijbewijs inmiddels al terug hebt ontvangen een rol in het bepalen van de uiteindelijke straf.
Maximumstraf 3 maanden, richtlijn 2 weken cel
Volgens de wet kan bij overtreding van artikel 9 van de Wegenverkeerswet in het uiterste geval een celstraf van 3 maanden of een geldboete van de tweede categorie worden opgelegd. In de praktijk geldt echter een richtlijn van 14 dagen onvoorwaardelijke gevangenisstraf, die bij recidive wordt verdubbeld tot 28 dagen. Bij veroordeling dient u er dus serieus rekening mee te houden dat u achter de tralies komt te zitten.
Met goede advocaat is vrijspraak of taakstraf mogelijk
Toch is een celstraf lang niet altijd een uitgemaakte zaak. Een gespecialiseerde verkeersrechtadvocaat kan inzetten op vrijspraak of, als vrijspraak niet haalbaar is, op grond van uw persoonlijke situatie verzoeken de gevangenisstraf om te zetten in een taakstraf. Wanneer het de eerste keer is dat u voor dit vergrijp bent aangehouden, stemt de rechter hier vaak wel mee in. U blijft in dat geval op vrije voeten en krijgt een werkstraf van 28-40 uur opgelegd. Het indienen van een dergelijk verzoek is echter geen kinderspel. Rechters tillen over het algemeen zwaar aan rijden tijdens een rijontzegging of na een ongeldig verklaard rijbewijs, dus het vergt veel juridische kennis en ervaring om hem of haar op andere gedachten te brengen.
Verweer tegen beschuldiging rijden tijdens rijontzegging
Een verweer tegen de beschuldiging van rijden tijdens een ontzegging van de rijbevoegdheid of na het ongeldig verklaren van het rijbewijs zal met name draaien om de vraag of u op de hoogte was van het feit dat u niet (met dat voertuig) mocht rijden. Ontkenning hiervan klinkt misschien onrealistisch, maar dat is het niet. Wanneer uw rijbewijs bijvoorbeeld is ingevorderd door de politie kan het immers zo zijn dat u geen ontvangstbevestiging hebt gekregen en u niet duidelijk verteld is dat u vanaf dat moment niet meer mocht rijden. Ook zou het kunnen zijn dat u brieven van de rechter of het CBR niet hebt ontvangen. Als u dit soort redenen aanvoert als verweer, is het aan het Openbaar Ministerie om aan te tonen dat u wél wist dat u een rijontzegging opgelegd had gekregen of uw rijbewijs ongeldig was verklaard.
Bewijs in dossier doorslaggevend
Om aan te tonen dat u wist van de rijontzegging of ongeldigverklaring van het rijbewijs richt het Openbaar Ministerie zich op de bewijsstukken in het dossier. Het is daarom van zeer groot belang dat u bij het ontstaan van beschuldigingen omtrent artikel 9 van de Wegenverkeerswet direct contact opneemt met een advocaat, voordat u ongemerkt belastende verklaringen afgeeft of fouten maakt en zo ongewild meewerkt aan uw eigen veroordeling. Denk bijvoorbeeld aan het politieverhoor. Als u dit gesprek onvoorbereid in gaat is de kans groot dat de politie u uitspraken kan ontlokken waar u later spijt van krijgt. Ook als er in het dossier een krabbel terug te vinden is voor ontvangst van een aangetekende brief met daarin een beslissing van de rechter, zijn uw kansen op vrijspraak vrijwel verkeken. Leg uw lot daarom niet in handen van politie of justitie, maar in de handen van een ervaren advocaat. Hij of zij kan u helpen een kansrijk verweer te voeren en, als vrijspraak toch niet mogelijk blijkt, er in ieder geval voor zorgen dat de straf zoveel mogelijk beperkt blijft.
Artikel 9 Wegenverkeerswet (WVW)
Het rijden tijdens een rijontzegging of met een ongeldig verklaard rijbewijs wordt strafbaar gesteld in artikel 9 Wegenverkeerswet. Dit vrij uitgebreide wetsartikel beschrijft meerdere gedragingen die kunnen leiden tot een veroordeling. Onderstaand een korte opsomming:
- Rijden tijdens een ontzegging van de rijbevoegdheid (lid 1). Dit is de algemene wettekst, die stelt dat het voor iedereen die weet (of redelijkerwijs zou moeten weten) dat hem of haar een ontzegging van de rijbevoegdheid is opgelegd verboden is tijdens die periode toch een voertuig te besturen.
- Rijden terwijl het rijbewijs ongeldig is verklaard door CBR (lid 2). Dit lid beschrijft de situatie iemand een voertuig bestuurt waarvoor het vereiste rijbewijs door het CBR ongeldig is verklaard. Ook het rijden met een verlopen rijbewijs valt in deze categorie. Wanneer het rijbewijs ongeldig wordt verklaard door het CBR, ontvangt de bestuurder hier altijd aangetekend bericht van. Een handtekening zetten voor ontvangst of bijvoorbeeld in bezwaar gaan tegen de beslissing geeft in dit geval het signaal af dat u wist dat u niet meer mocht rijden (en verkleint zo dus de kans op vrijspraak).
- Een uitzondering op lid 2 geldt voor personen die na ongeldigverklaring van het rijbewijs opnieuw rijles nemen en rijexamen afleggen om het rijbewijs terug te krijgen (lid 3). Zij zijn in dat geval niet strafbaar voor rijden zonder een geldig rijbewijs (maar dus wel wanneer ze zonder instructeur of examinator de weg op gaan!).
- Rijden nadat inlevering van het rijbewijs is gevorderd of het rijbewijs al door de politie is ingevorderd (lid 4). In het laatste geval gaat het om de situatie waarin de politie u staande houdt, het rijbewijs inneemt en het niet meer teruggeeft. U mag op dat moment geen meter meer verder rijden.
- Rijden met een rijbewijs dat geschorst is (lid 5). Wanneer het rijbewijs voor een bepaalde categorie geschorst is, mag u gedurende de schorsing geen voertuig van die categorie meer besturen.
- Het vierde en vijfde lid gelden niet voor personen die rijles ontvangen of opnieuw moeten afrijden in het kader van een onderzoek naar de rijvaardigheid (lid 6). Een vergelijkbare uitzondering als lid 3 dus.
- Rijden met een rijbewijs dat is ingevorderd wegens rijden onder invloed, te hard rijden of gevaarlijk rijgedrag (lid 7). Ook het rijden na invordering wegens weigering om mee te werken aan een alcoholonderzoek valt onder deze noemer.
- Rijden nadat inlevering van het rijbewijs is gevorderd vanwege openstaande boetes (lid 8). Ook in dit geval pleegt u een misdrijf wanneer u toch de weg op gaat.
- Tijdens een alcoholslotprogramma rijden in een ander voertuig dan waar het alcoholslot is ingebouwd, of rijden nadat iemand anders in uw alcoholslot heeft geblazen (lid 9). Als uitzondering geldt het rijden met een bromfiets, dat mag wel.
- Ook als het ingevorderde, geschorste of ongeldig verklaarde rijbewijs niet in Nederland is afgegeven kan een bestuurder in Nederland op grond van artikel 9 WVW worden veroordeeld (lid 10). Dit betekent dat ook bestuurders met een uit het buitenland afkomstig rijbewijs na invordering, schorsing of ongeldigverklaring veroordeeld kunnen worden wegens bovenstaande gedragingen.
Onze verkeersrechtspecialisten weten altijd raad
Rijden tijdens een rijontzegging of nadat het rijbewijs ongeldig is verklaard kent zoals u ziet vele vormen, maar een ding hebben al deze verschillende vormen gemeen: wanneer u in een voertuig de weg op gaat terwijl u dat expliciet is verboden, pleegt u een misdrijf en loopt u het risico op een forse straf. Om die te voorkomen of in ieder geval tot een minimum te beperken is het dan ook belangrijk om direct na het ontstaan van de verdenking juridische assistentie te zoeken. Een ervaren verkeersrechtadvocaat van Rijbewijs-ingevorderd.nl vertelt u precies wat u wel en niet moet doen, wel en niet moet zeggen en helpt u zo een kansrijke verdedigingsstrategie op te bouwen. Omdat al onze specialisten zijn aangesloten bij de Raad voor Rechtsbijstand kunnen zij u, wanneer u daarvoor in aanmerking komt, bovendien bijstaan op basis van toevoeging (pro deo). Wacht daarom niet, maar kom in actie. Wanneer u ons uw gegevens toestuurt via het invulformulier op de site, zoeken wij vaak dezelfde dag nog contact met u voor een oriënterend gesprek.